Houd altijd een reservewiel in de auto!

Volgens onderzoek van de ANWB zijn er steeds meer automobilisten die langs de kant van de weg komen te staan door het ontbreken van een reservewiel in hun auto. Hierdoor moest de Wegenwacht tot juli 2016 al drieduizend banden meer vervangen dan in heel 2015.

Ook neemt tegelijkertijd het wielenaantal dat de Wegenwacht verwisselt jaar na jaar af. Werden er in 2013 nog 75.000 reservewielen geplaatst, in dit jaar verwacht de ANWB niet verder te komen dan 69.000 stuks. Op de hedendaagse automarkt zijn steeds meer exemplaren met een kleine reparatieset aan boord, met een spuitbus met schuim en een compressor. Dit is tegenwoordig ter vervanging van een vijfde wiel in de auto.

Hoe werkt de spuitbus uit de reparatieset?

Zo’n spuitbus moet u op het ventiel plaatsen en vervolgens het schuim in de band spuiten. Door het drijfgas wordt de band dan opgepompt. De eerste twintig kilometer kunt u dan niet harder dan zestig kilometer per uur rijden.

De keuze voor de spuitbus is door de fabrikanten gekozen uit redenen van kostenbeheersing, maar er is tevens een link naar de zich thans afspelende discussie over CO2 metingen en verbruikstesten. Het is immers zo dat een reservewiel in een auto extra gewicht veroorzaakt, waardoor auto’s lager scoren in de verbruiksresultaten en milieubelasting tijdens metingen.

ANWB is geen voorstander van de reparatieset

Volgens de ANWB betekent het hebben van een reparatieset aan boord vooral veel ongemak. Een woordvoerder van de weggebruikersorganisatie vertelde onlangs aan dagblad De Telegraaf dat bij temperaturen onder de nul het middel uit de spuitbus niet werkt, en bij hogere temperaturen “Je bijna een autotechnicus moet zijn om het middel op de juiste manier toe te passen. Wie dat niet doet, ziet het schuim net zo snel uit het gat lopen als je het er in hebt gespoten”. Vooral om deze reden raadt de ANWB elke weggebruiker aan om toch vooral een reservewiel in de auto te hebben, om het zekere voor het onzekere te nemen.

Gelukkig is er nog een tussenoplossing, in de vorm van het monteren van zogenaamde run flat-banden. Deze speciaal hiervoor uitgevonden bandensoort heeft versterkte wangen, wat het mogelijk maakt om er een korte afstand mee te rijden. Dit kan betekenen dat een automobilist dan nog net de mogelijkheid heeft om een snelweg te verlaten, of een garage te kunnen bereiken om de situatie met een band te laten repareren. Nadelig aan de run flat-banden is dat ze niet voor elk autotype verkrijgbaar zijn en in kostprijs duurder zijn dan de aanschaf van een gemiddeld reservewiel.